Open brief van supermarkten aan minister Schouten: Op weg naar kringlooplandbouw

(7 oktober 2019) Op 5 oktober publiceerde Foodlog een open brief van de Nederlandse supermarkten en foodservicebedrijven [1] aan minister Schouten. De brief gaat over haar beleidsvoornemen om te komen tot een omschakeling op weg naar een kringlooplandbouw. De retailers roepen Schouten op om met hen en de andere ketenpartijen om tafel te gaan zitten om afspraken te maken over dat beleid. Ze doen daartoe vijf voorstellen aan de minister.

(door Rob Bleijerveld)

In de brief, die is geschreven naar aanleiding van het boerenprotest van afgelopen 1 oktober, schrijft directeur Marc Jansen van het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) dat de supermarkten en foodservicebedrijven positief staan tegenover de omslag naar een kringlooplandbouw. Maar ze achten het van doorslaggevend belang dat de goede samenwerking tussen boeren, fabrikanten en retailers ¨een grotere rol¨ krijgt toebedeeld in het nieuwe beleid. Want om de consument ook in de toekomst te blijven voorzien van goed, veilig, duurzaam, gezond en betaalbaar voedsel is het nodig dat alle schakels in de keten een goede boterham kunnen verdienen.

Ten eerste benadrukt Jansen dat het bij een groot deel van de productie van de Nederlandse landbouw- en tuinbouwsector gaat om ¨ononderscheiden basisproducten, die vooral op een internationale markt worden verhandeld¨. Slechts een deel van de productie komt terecht in de Nederlandse supermarkten. Voorbeelden zijn: varkensvlees(waren) 18%, zuivel 30%, ui(producten) 2% en tomaat(producten) 9%.

Verder wijst het de CBL-directeur op het veranderende consumentengedrag (meer gemak, diverser aanbod en groeiende aandacht voor gezond en duurzaam). Bij de vraag om duurzaamheid gaat de discussie over de houdbaarheid van het huidige voedselsysteem (onder meer voedselverspilling, dierenwelzijn, uitputting van grondstoffen, arbeidsomstandigheden in ontwikkelingslanden en klimaat). Onderzoeken gaven aan echter dat ondernemers in de voedselketen te maken hebben met een grote mate van onzekerheid (bijvoorbeeld over de oogsten, wereldmarktprijzen en regeldruk).
Volgens het CBL is de consument tevreden over de supermarkt doordat die weet in te spelen op zijn of haar wensen én eisen (gezonder productaanbod, meer gemak, minder verpakkingsmateriaal, meer beleving, een duurzamer aanbod en meer transparantie over de herkomst van voedsel).

Vijf voorstellen

Om dit ook in de toekomst te kunnen blijven garanderen, is het essentieel dat alle schakels in de keten een goede boterham verdienen, juist ook de agrarisch ondernemer, aldus het CBL.

1. Op weg naar kringlooplandbouw door de consument centraal te stellen

Er moet meer aansluiting worden gezocht bij de wensen van de consument, want er wordt pas geld verdiend in de keten na consumentaankoop. De supermarkten hebben vaak goed inzicht in de wensen van de consumenten en kunnen daarom boeren en tuinders helpen meer betrokken te raken en te blijven door informatie te delen en samen nieuwe initiatieven te ontwikkelen.

2. Op weg naar kringlooplandbouw door samenwerking in de keten

De afgelopen jaren is de strategische samenwerking in de voedselketen toegenomen tussen bepaalde supermarkten en foodservicebedrijven enerzijds en bepaalde agrarische ondernemers en fabrikanten anderzijds. Dit bevordert het stellen van bovenwettelijke eisen voor verduurzaming en circulariteit en het afsluiten van langlopende contracten voor meer zekerheid en stabiliteit. Voorbeelden: Kipster/Lidl, A-ware/Albert Heijn en Vion/Plus.
Het CBL biedt de minister aan om de opgedane kennis en expertise over deze typische Nederlandse samenwerkingsverbanden te ´exporteren´ naar andere (Europese) landen via pilots en een gezamenlijke workshop tijdens de Grüne Woche in Berlijn van 16 tot 18 januari.

3. Op weg naar kringlooplandbouw door meer transparantie

Samenwerkingsketens van leveranciers en afnemers kunnen ook zorgen voor transparantie tussen ketenpartijen waardoor de consument beter wordt geïnformeerd over de herkomst en het gehele productieproces van voedsel. Supermarkten zijn bereid om ¨hun steentje aan bij te dragen¨. Dat kan door de consument op een positieve en proactieve manier te informeren over de herkomst van producten en de voordelen van regionale of seizoensgebonden producten. En door het opnemen in het assortiment van biologische producten en producten met duurzaamheidskeurmerken, het organiseren van boerderijdagen en door kennisoverdracht. Een publiekscampagne over de waarde van voedsel kan de kringlooplandbouw een stap dichterbij brengen.

4. Op weg naar kringlooplandbouw door initiatieven in de supermarkt

Het CBL biedt aan om met de minister te bespreken hoe er een extra impuls kan worden gegeven aan de initiatieven voor kringlooplandbouw en bijbehorende transparantie waarbij de supermarkten en foodservicebedrijven de afgelopen bij betrokken waren.

Voorbeelden van initiatieven die Marc Jansen in de open brief noemt, zijn:

– Het Varken van Morgen (bovenwettelijke eisen rondom duurzaamheid en dierenwelzijn voor vers varkensvlees);
– Duurzame kipvleesconcepten (extra bovenwettelijke eisen voor productieomstandigheden mbt. mens, dier en milieu);
– Afspraken binnen het klimaatakkoord over verschuiving van de verhouding van consumptie van dierlijke : plantaardige eiwitten naar 40% dierlijk en 60% plantaardig;
– Meer aandacht voor regionale producten in het supermarktschap;
– Afspraak om te komen tot een reductie van 50% van de voedselverspilling in de supermarkten;
– Specifieke eisen voor grondstoffen die gebruikt worden voor de producten in de schappen (zoals RSPO-certificering voor palmolie in alle huismerkproducten; RTRS-certificering voor veevoersoja voor de huismerkproducten vlees, eieren en zuivel; certificering van cacaoproducten voor de huismerken);
– De eis van weidegang voor melkkoeien voor de huismerkproducten zuivel;
– Bovenwettelijke eisen voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en voor de maximale hoeveelheid residu op supermarktproducten;
– Deelname van het CBL (als kwartiermaker) aan het Deltaplan Biodiversiteitsherstel;
– Deelname aan de Alliantie Verduurzaming Voedsel en MeatNL ten behoeve van de verregaande verduurzaming van dierlijke sectoren;
– Ondertekening van het IMVO-Convenant Voedingsmiddelen ten behoeve van de sociale verduurzaming in de internationale productieketens; het uitvoeren van due diligence-onderzoek conform OESO-Richtlijnen om risico´s in ketens in beeld te brengen en om acties te bepalen ter vermindering en uitsluiting ervan; afspraken over het opstarten van projecten voor leefbaar loon voor medewerkers op productiebedrijven in ontwikkelingslanden;
– Ondertekening van het Nationaal Preventieakkoord om de Nederlandse bevolking te stimuleren gezonder te gaan leven met als gunstig bijeffect de verdere verduurzaming van de productie;
– Deelname aan het Brancheverduurzamingsplan voor voedselproducten gericht op het terugbrengen van verpakkingsmateriaal en de recyclebaarheid ervan, op energiebesparing, de inzet van duurzame energie met als inzet het streven naar een CO2-neutrale bedrijfsvoering van de supermarktsector in 2030;
– Samenwerking van de supermarkten met de Rijksuniversiteit Groningen en de Wageningen Universiteit in het publiek-private onderzoeksprogramma Transparant Gezond&Duurzaam om op wetenschappelijk verantwoorde manier consumenten tot duurzamere en gezondere keuzes aan te zetten in de fysieke en online supermarkt.

5. Op weg naar kringlooplandbouw door een sturende overheid

De Nederlandse overheid wil in 2030 koploper zijn op het gebied van kringlooplandbouw. De gezamenlijke supermarkten en foodservicebedrijven gaan ervan uit dat de overheid daartoe ook op bepaalde punten de wet- en regelgeving zal moeten aanpassen. En, aldus Jansen, ¨Consistent beleid vanuit alle departementen is een essentiële voorwaarde en zal goed moeten georganiseerd en geborgd. De overheid moet als één optreden en moet een eenduidig doel voor ogen hebben¨.

Andere aandachtspunten die het CBL in dit verband van belang acht:

– De overheid dient een duidelijk standpunt in te nemen over de positie van Nederland als exporterend land en de gevolgen die dat heeft als productieland, want de concurrentiepositie op de wereldmarkt verandert zodra Nederland koploper is op het gebied van kringlooplandbouw;
– De overheid moet duidelijke kaders stellen met betrekking tot verhoging van de wettelijke normen (bijvoorbeeld voor dierenwelzijn of gebruik van gewasbeschermingsmiddelen). Hogere eisen stimuleren de beter presterende agrarisch ondernemers om extra stappen te zetten;
– De overheid moet zorgen voor duidelijkheid wat betreft de samenwerking door de hele keten heen. ¨Neem bij de huidige voorbereiding van de wetswijziging over de ruimte die het Gemeenschappelijke Landbouwbeleid biedt voor samenwerking tussen agrarisch ondernemers meteen ook de samenwerking in de keten mee. Want de eerdergenoemde strategische samenwerking is essentieel en de verwachting is dat deze vorm van samenwerking de komende jaren verder zal toenemen. Geef hieraan als ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit een extra impuls, bijvoorbeeld in de vorm van ´best practice´ bijeenkomsten¨;
– Viervijfde van de agrarische ondernemers ziet overregulering als grond voor nodeloze stijging van de kostprijs waardoor het ondernemen moeilijker is geworden. Kijk samen met de agrarische ondernemers naar de regels die nu knellen en pas de wet- en regelgeving aan (voorbeeld: verbod om dierlijke eiwitten te gebruiken als grondstof voor veevoer);
– De overheid moet zich inzetten om onjuiste beeldvorming over voedsel tegen te gaan en moet stelling nemen tegen feitelijke onjuistheden die het zicht ontnemen op mogelijkheden om duurzamer en meer circulair te produceren (voorbeelden: discussies over gebruik van moderne biotechnologie en het rationeel gebruik van gewasbeschermingsmiddelen om voedselverspilling tegen te gaan);
– De overheid moet zich inzetten voor structureel voedselonderwijs op Nederlandse scholen opdat de jongere generatie meer waarde toe kent aan voedsel.

Noten:
[1] De leden van het CBL zijn Aldi, Albert Heijn, Bidfood, Boni, Deen, Deka, Dirk, Hoogvliet, Jan Linders, Jumbo, Lekkerland, Lidl, Makro, MCD, Nettorama, Plus, Poiesz, Sligro, Spar, Vakcentrum en Vomar.

Bron:
– ¨Open brief Nederlandse supermarkten aan de minister van Landbouw,¨ Foodlog, 5 oktober 2019.

(verkorte weblink: https://www.supermacht.nl/?p=9278)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *