(29 februari 2012) Half februari stemde het Europese Parlement in met een nieuw vrijhandelsverdrag met Marokko dat de importtarieven voor veel landbouwgrondstoffen en visproducten sterkt verlaagt. Dit verdrag zal slecht uitpakken voor kleine boerenbedrijven, werknemers en het milieu. Bovendien ‘legaliseert’ de EU hiermee de import van groente en fruit die in Westelijk Sahara wordt geteeld door Marokkaanse en Franse bedrijven.
(door Rob Bleijerveld)
Op 16 februari keurde een meerderheid van het Europese Parlement (EP) de herziening van een vrijhandelsverdrag tussen de EU en Marokko goed. Het verdrag is onderdeel van een project om een vrijhandelszone tussen de EU en Mediterrane landen tot stand te brengen, de “Euromed Area for Free Trade and Investment” [1]. Het verdrag gaat uit van nog meer liberalisering van de visserij- en de landbouwmarkten van beide partners dan nu al het geval is [2]. Afgesproken is dat de invoertarieven op landbouw- en visserijproducten per direct drastisch verlaagd worden en dat die verlagingen over de komende 10 jaar toe zullen nemen.
Marokko kan vanaf nu alle landbouwproducten naar de EU exporteren. Landbouw levert werk aan 38% van de bereopsbevolking in het koninkrijk en 80% van de totale Marokkaanse export naar de EU bestaat uit onbewerkt fruit en groente. Om Europese telers te beschermen tegen overaanbod en prijsverlagingen zijn beperkingen (quota en tarieven) vastgelegd voor bepaalde “gevoelige” producten (tomaten, komkommers, aardbeien, tangerines, knoflook, courgetten en suiker); voorlopig gelden daarvoor qouta (maximale hoeveelheden). De EU kan per direkt zonder beperkingen zaden, kunstmest en bewerkte landbouwproducten naar Marokko exporteren. Sommige producten (zoals eieren, groentes, biscuits en chocolade) zijn de komende 5 tot 10 jaar nog uitgesloten van de vrijhandel en voor weer andere producten uit de EU (tarwe, appels en olijfolie) gelden quota-overgangsgregelingen.
Al met al lijkt de overeenkomst de positie van Europese exporteurs op de Marokkaanse markt te versterken, vooral die van exporteurs van bewerkte landbouwproducten (blikvoedsel, zuivel, oliezaden, groente&fruit en visproducten). Naar verwachting zal het verdrag de nu al gunstige handelsbalans van de Unie nog verder versterken (meer inkomsten uit export dan uit import).
Het is nog niet duidelijk wanneer het verdrag in werking zal treden.
Kritiek
José Bové, anti-GMO activist en europarlementslid uit Frankrijk, schreef op verzoek van het Committee voor Internationale Handel van het EP (INTA) een rapportage over het verdrag [3]. Het verdrag zelf is opgesteld door de Commissie en kon niet inhoudelijk worden aangepast door het europarlement. Bové is op tal van punten erg kritisch over de inhoud ervan (hij nam later dan ook afstand van zijn eigen rapport). Volgens hem benadeelt het verdrag kleine boerenbedrijven, landarbeiders en het milieu in Marokko omdat het vooral is gericht op grootschalige export. Alleen grote, kapitaal-intensieve bedrijven kunnen er daarom van profiteren en het leidt niet naar een gebalanceerde landbouwontwikkeling in Marokko.
Verder worden door het verdrag Zuid-Europese telersbedrijven geconfronteerd met toenemende concurrentie vanuit Marokko en vanuit de geannexeerde Westelijke Sahara. Het verdrag staat tevens toe dat illegale landbouwopbrengsten uit de Westelijke Sahara naar de EU worden geëxporteerd. Grote Franse en Marokkaanse bedrijven (voor een deel eigendom van de Marokkaanse koning) exploiteren daar onder bescherming van het Marokkaanse leger uitgestrekte plantages in weerwil van het internationale recht dat rechten op het gebied toekent aan het Saharaanse volk. Een bijkomend probleem is dat bij de teelt van de groente en het fruit in de Westelijke Sahara grote hoeveelheden schaars grondwater [4] worden verbruikt.
Volgens de Spaanse landbouw- en veeteeltorganisatie COAG verstoort Marokko de markt omdat het land niet voldoet aan de Europese arbeids- en milieustandaards. Spaanse boeren en telers protesteerden op 14 februari door 200 kilo tomaten te dumpen op de stoep van het kantoor van het Europese Parlement in Madrid. Gedurdende 3 dagen protesteerden ze ter plekke. Volgens de COAG bedreigt het verdrag het voortbestaan van 250.000 telersbedrijven in Spanje en zullen 450.000 banen verdwijnen. De export zal met 8500 miljoen euro verminderen. “We gaan niet met de armen over elkaar wachtend toezien hoe de EU de Spaanse fruit- en groentetelers in de steek laat en zonder toezicht Marokkaanse producten toelaat op basis van “ellende lonen” van 5 euro per dag (vergeleken met 50 euro per dag in Spanje), van het ontbreken van “sociale garanties” voor de werkers [5] en van het gebruik van insecticides die al tientallen jaren in de EU zijn verboden, aldus de COAG-woordvoerder voor de G&F sector, Góngora [6].
Toetsing door het Europese Hof van Justitie
De COAG wil het verdrag daarom laten toetsen door het Europese Hof van Justitie. De aanklacht zal uitgaan van 3 hoofdpunten:
– Er wordt niet voldoen aan Europese normen op het terrein van arbeid, sociale afspraken en milieu, met als gevolg onevenwichtigheden op de markt, benadeling van de Europese landbouwers en wettelijk ongelijke behandeling;
– De rechten van de Europese consument met betrekking tot juiste informatie over de herkomst van de producten worden geschonden en geschaad. “Verse waar mag alleen in de EU verkocht worden als op de etiketten duidelijk is aangeven waar het is geproduceerd. De Marokaanse import kan evengoed van de Westelijke Sahara afkomstig zijn,” aldus de COAG-woordvoerder.
– De EU kan geen Associatie Verdragen borgen in geval een van de ondertekenaars voortdurend de wettigheid en internationale verplichtingen schendt. “Het gebruik of de toeëigening van producten uit Saharaans gebied door het Koninkrijk Marokko is onwettig. Marokko heeft dit gebied uitsluitend in beheer voor het eigen voordeel. De VN heeft zijn souvereiniteit over het gebied afgewezen en Marokko leeft de internationale verplichtingen niet na die door de VN zijn opgelegd ten aanzien van de belangen, wensen en baten van het Saharaanse volk,” zo verduidelijkt Góngora.
Rapport Westelijk Sahara
De Western Sahara Resource Watch (WSRW) en Emmaus Stockholm (Zweden) brachten op 14 februari een rapport uit getiteld ‘Conflict tomatoes’ [7]. Ze geven daarin aan dat de productie van de Marokkaanse landbouw in de sinds 1975 bezette Westelijke Sahara en de handel daarin met de EU enorm is gegroeid. Deze “onethische en controversiële” productie in de bezette Westelijke Sahara is echter niet uitgesloten in de overeenkomst tussen de EU en Marokko [8]. Het rapport beschrijft 11 plantages rondom de stad Dakhla in het zuiden van het gebied, die eigendom zijn van de Marokkaanse koning, van grote Marokkaanse conglomeraten of van Franse multinationals. Geen enkele firma is eigendom van de lokale Saharanen en zelfs niet van plaatselijke Marokkaanse, kleinschalig opererende kolonisten in het gebied. Landbouwproductie en wateronttrekking vinden plaats zonder de instemming van de bevolking van de Westelijke Sahara en is dus in strijd met het internationaal recht, zoals beschreven door een belangrijk juridisch advies van de VN.
Tussen 2002-2003 en 2008-2009 is de groente-opbrengst in het gebied met 2800% gestegen. Naar verwachting zal het aantal mensen, dat werkzaam is in de landbouw in de regio Dakhla, in 2020 verdrievoudigd zijn. Maar op de plantages werken geen Saharanen. De landarbeiders zijn Marokkanen die maandenlang achtereen op de boerderijen werken en in door de Marokkaanse regering gesponsorde onderkomens leven. “Intussen blijft de Saharaanse bevolking in Dakhla werkloos”, aldus een woordvoerder van plaatselijke het Comité tegen foltering in de Westelijke Sahara.
Het afsluiten van het verdrag met Marokko ondermijnt het internationaal recht en ontzegt het Saharaanse volk de meest fundamentele rechten. Het heeft ook een negatieve inbreng op de VN vredesbesprekingen, zo verklaren de WSRW en Emmaus Stockholm.
Geen diepgaand parlementair debat
Voorstanders binnen het Europese Parlement zeggen dat de deal de Marokkaanse overgang naar democratie zal versterken en dat het tegelijkertijd allerlei economische en veiligheidsproblemen oplost. “Het Europese Parlement was terecht voorstander van de democratische transities die plaats vonden tijdens de zogenaamde ‘Arabische Lente’ and sterk voorstander van maatregelen die de economische stabiliteit in Noordafrika,” aldus de Britse europarlementariër en rapporteur David Martin [9].
Het Europese Parlement maakte op 14 december 2011 een einde aan de visserij door Europese reders in de kustzone van de bezette Westelijke Sahara, vooral ingegeven door de zorg over de inbreuk op het internationaal recht. Toch gaf datzelfde Europese Parlement nu groen licht voor het nieuwe verdrag dat geen enkele belemmering opwerpt tegen de import van groente en fruit uit dat gebied. Volgens de parlementariër Bové is het comitee van het europarlement (PECH) dat over visserij gaat kritischer dan het comitee dat gaat over handel (INTA). In een interview met het Franse blad L’économiste [10] vertelt hij dat in het INTA vrij veel voorstanders van ‘vrijhandel’ zitting hebben. “En vrijhandel is een ramp voor de landbouw. Dat zien we al tien jaar aan hoe het gaat binnen de WTO. De leden van het comitee voor landbouw en rurale ontwikkeling van het EP (AGRI) snappen dat wel en hebben daarom in juli afgelopen jaar tegen dat nieuwe verdrag gestemd [11]. Maar de meeste INTA-leden stemmen steevast voor vrijhandel, ook al gaat dat in tegen de belangen van veel mensen,” zo zegt hij.
Hij is van mening dat van dit verdrag niets goed is te verwachten, niet voor Marokko en niet voor Europa. Het dient alleen de belangen van hen die profiteren van de export-gerichte industriële landbouw. En dat gaat ten koste van kleinschalige boerenbedrijven aan beide zijden van de Middellandse Zee.
Het europarlement heeft echter niets in te brengen over de inhoud van dit soort verdragen dat is opgesteld door de Commissie. Het EP was niet betrokken bij de onderhandelingen en kon alleen maar ‘ja’ of ‘nee’ zeggen tegen het hele pakket. Het verdrag zal volgens hem negatief uitpakken voor de landbouwsector en voor de werkgelegenheid. Maar het is ook een ramp voor het milieu: om tomaten te telen in Marokko is 10x zoveel water nodig als in Europa. José Bové: “Mijn standpunt is niet gericht tegen Marokko. Ik vind dat kleine Marokkaanse producenten en Europese boeren hand in hand moeten vechten tegen het vrijhandelsdenken van de multinationale ondernemingen, omdat dat uitgaat van de systematische vernietiging van hen.”
Voorgeschiedenis
Het verdrag komt voort uit het zogenaamde Barcelona Proces dat in november 1995 begon. Het uiteindelijke doel was het instellen van een vrijhandels- en investeringszone – de Euromed Area for Free Trade and Investment – in 2010 [12]. In het kader van het Barcelona Proces tekende de EU in 2000 Associatie Overeenkomsten met 12 Mediterrane landen gericht op “voortgaande dialoog en samenwerking” en het bevorderen van “vrede, veiligheid en voorspoed”. Vanaf 2005 voerde het met Marokko onderhandelingen over de vrijmaking van de markten voor visserij en landbouw (onderdeel van de zogenaamde Rabat Roadmap). Het ging daarbij ook om onderhandelingen over dienstverlening (en het recht op vestiging), mededinging, handelsfacilitatie, buitenlandse investeringen en geschillenbeslechting. En bilaterale onderhandelingen maken tevens deel uit van het proces. In december 2010 tekende de Raad van de Europese Unie een document dat de tweede fase inluidde van onderhandelingen voor de verdere liberalisering van handel tussen Marokko en de EU op gebied van landbouw en visserij.
Meer lezen:
– Oorspronkelijk wetsvoorstel COM(2010) 485
– INTA-rapport
– Website Europarlement
– “EU-Mediterranean trade relations – EU overview of EMFTA process and goals“.
– “CIBERACCIÓN: Petición Stop robo recursos saharahuis en Actuable.”
Bronnen:
– “Morocco, EU adopt agriculture pact,” Magharebia, 21 februari 2012.
– “EU/Morocco Agreement concerning reciprocal liberalisation measures on agricultural & fishery produce,” TH-EU-NIT, 20 februari 2012.
– “Morocco-EU trade deal draws fire,” EU Observer, 17 februari 2012.
– “EU parliament approves Morocco agriculture trade deal,” Reuters, 17 februari 2012.
– “Ecologistas en Acción, PAPPS, Thawra y WSRS afirman que el acuerdo con Marruecos viola el derecho internacional y daña a los pequeños agricultores,” Europapress, 17 februari 2012.
– “Important step towards liberalisation of EU-Morocco agricultural trade,” ENPI, 16 september 2010.
– “European Parliament approves Morocco agricultural agreement,” 16 februari 2012.
– “EU-Moroccan trade stirs debate over Western Sahara,” Freshplaza, 15 februari 2012.
– “WSRW report reveals massive agri-industry in occupied Western Sahara,” WSRW, 14 februari 2012.
– “Nieuw rapport Marokkaanse teelt in West-Sahara,” Persbericht Western Sahara Resource Watch en Emmaus Stockholm,” 14 februari 2012.
– “Spanish farmers demand no imports of occupation tomatoes,” WSRW, 30 januari 2012.
– “King of Morocco to be biggest benefactor of EU trade agreement,” The Telegraph, 29 January 2012.
Noten:
[1] De plannen voor de ontwikkeling van de Euromed Free Trade (and Investement) Area en de instelling daarvan in 2010 zijn mislukt, en het is de vraag of het ooit nog tot stand zal komen. Er zijn tal van problemen, de grote verschillen tussen de Mediterrane landen, frustraties door het gecentraliseerde en bureaucratische beheer, subsidies die corruptie in de kaart speelden, en recente grote politieke veranderingen in een aantal landen. (bron: “What common policy of the EU towards the Arab World in 2020?,” Europe 2020, 10 februari 2012).
[2] In 2005 waren in het kader van de zogenaamde Rabat Roadmap afspraken gemaakt over de liberalisering van de onderlinge im- en export van landbouw- en visserijproducten. De onderhandelingen voor het huidige akkoord begonnen in februari 2006 en de inzet was te komen tot de verdere handelsliberalisering voor bewerkte en onbewerkte landbouwproducten, vis en visproducten.
[3] Bové Report.
[4] Volgens het National Institute for Agronomy Research (INRA) kost de teelt van 1 kilo tomaten in Frankrijk 10 liter water en in Marokko het tienvoudige! De export van 250.000 tonnes tomaten staat gelijk aan de export van 25 miljoen m3 water. De Humboldt Universiteit onderzocht het verloop van de regenval in de Souss-regio waar veel tomaten worden geteeld. Jaarlijks zakt het grondwaterniveau daar met 1 tot 2 meter. Het jaarlijks tekort wordt geschat op 260 miljoen m3 en de tomatenexport is verantwoordelijk voor 10% daarvan. Dit gaat ten koste van de plaatselijke, kleinschalige landbouw en het leidt tot verzilting van grondwater en bodem.
[5] De Marokkaanse arbeidswetten laten niet toe dat arbeiders zich organiseren in vakbonden; dus zijn er geen CAO’s. De lage lonen zorgen ervoor dat kinderarbeid blijft bestaan. De UNICEF schat in dat zo’n 1.5 miljoen kinderen in de schoolgaande leeftijd geen onderwijs volgen en dat daarom het risiko op uitbuiting zeer groot is, met alle gevolgen voor hun gezondheid.
[6] “COAG recurrirëá ante el tribunal de justicia europeo al acuerdo de libre comercio con Marruecos,” 16 februari 2012. Foto’s van de tomaten-aktie zijn daar te vinden. En een video over het 3-daagse protest is hier te vinden.
[7] “Conflict tomatoes,” WSRW-rapport, 14 februari 2012.
[8] “De EU maakt wel onderscheid waar het de landbouwproductie in het bezette Palestijnse gebied aangaat, maar past niet dezelfde principes toe bij dit handelsverdrag met Marokko,” aldus dhr. Hagen van de WSRW, “Het is in hoge mate onethisch omdat het de vredespogingen van de VN ondermijnt en het verleent zo op ongelukkige wijze steun aan de illegale aanwezigheid van Marokko in de Westelijke Sahara.”
[9] Het klinkt mooi, maar de werkelijk is anders. De EU is er economisch, militair en qua migratiestromen bij gebaat dat de eventuele vervangers van de dictaturen niet de status quo aantasten en echte democratie past daar niet bij. Voor meer hierover, zie “Arabische revoluties: “natuurlijke bondgenoten in een gemeenschappelijke strijd”,” Klasse! en “De EU en Noord-Afrika: Handel en migratiecontrole,” Klasse!.
[10] “Bové: “We’ll do everything to stop the agri-agreement with Morocco”,” WSRW 2 februari 2012.
[11] Het AGRI vindt het verdrag “onevenwichting” vanwege potentieel negatieve effecten van de tarieven op regio’s die zich specialiseren in groenteteelt, en betwijfelt of de EU in staat zal zijn goed toezicht te houden op tariefquota en timing – en om die waar nodig af te dwingen – want de Marokkaanse exploitanten houden zich vaak niet aan de regels.
[12] “The Euro-Mediterranean Partnership: Time to deliver,” Communique on the preparation of the Tampere Euro-Mediterranean Foreign Affairs Ministers Conference (27-28 November 2006), Europese Commissie, 25 oktober 2006.
(verkorte weblink: https://www.supermacht.nl/?p=492)